Pasen, de eitjes en vergeetachtigheid
Pasen, de eitjes en vergeetachtigheid

Elk jaar raken we met Pasen een aantal eitjes kwijt. Niet dat ik ze zo goed verstop want de tuin is nog kaal. Maar de kinderen kunnen ze niet allemaal vinden en ik ben vergeten waar ik ze allemaal heb gelaten. “Daar heb ik geen actieve herinnering aan” was dit jaar de gevleugelde uitspraak. In de loop van het jaar komen we de laatsten tegen en dan denk ik: oh ja! Gelukkig is er nog niks met mijn geheugen. Anders word je nog voor dement of een leugenaar uitgemaakt.
Na afloop moeten we eitjes eten want mijn kleinzoon spaart nu de zilverpapiertjes die erom heen zitten. Knap lastig om ze heel te houden bij het uitpakken, maar wel weer een goede oefening in de fijne motoriek.
Grappig dat kinderen dingen sparen die wij als volwassenen waardeloos vinden zoals zilverpapiertjes. Wij spaarden vroeger sigarenbandjes, sigarettenmerken, lijstjes met automerken die je onderweg had gezien, suikerzakjes. Later spaarde je dingen die in ieder geval nog een ruilwaarde hadden want je moest ze kopen van je zakgeld of krijgen op je verjaardag, zoals stuiters. Ik heb nog een zak liggen voor de kleinkinderen maar het is nog wachten tot het “knikkerseizoen” weer eens aanbreekt. Dat is kennelijk lang geleden want mijn tekstverwerker kent het woord niet.

Van het spelen om-niet, zonder de noodzakelijke beloning of waardering van ouderen, zie ik het spel van mijn kleinzoon veranderen. Komt dat door de basisschool of doen we het zelf door voortdurend te werken met corrigeren en belonen?
Ik speel graag kaartspelletjes op de computer. Vroeger legde ik patience met kaarten, maar dit is makkelijker en gevarieerder. Of het komt dat het spelletjes van Microsoft zijn, weet ik niet maar de makers menen je te moeten belonen met trompetgeschal en vuurwerk als het gelukt is om een spel uit te spelen. Als het niet lukt krijg je de melding: jammer, maar wel goed gespeeld. En je kunt op een hoger niveau spelen. Ik heb het geluid en de animaties zoveel mogelijk uit gezet. Maar de jacht naar een hoger “level” en bijbehorende beloning/roem zit wel heel diep in onze menselijke natuur. Het Engels kent een onderscheid tussen twee begrippen voor spel: play en game, spel om niet en spel om de winst. Meestal gaan ze samen. Een leuke sportieve wedstrijd kan je verliezen zonder gezichtsverlies.

Kijkend naar de politieke debatten lijkt het alleen nog te gaan om de winst, althans bij de spelers in de arena van de 2e kamer. De politieke commentatoren zien vooral het spel, zoals een sportjournalist. Wilders scoort daar hoog in de kunst van het debatteren.
En wat vinden wij van een politicus die de langstzittende premier van Nederland wil worden en daarvoor desnoods een beetje vals speelt? Einde carrière of gewoon een topsporter die nu even ergens geen actieve herinnering aan heeft?

Evert Ruiter