Haar glimlach
Haar glimlach

Jaren geleden vertelde haar dochter dat ze in verwachting was. Het was al heel vroeg duidelijk geworden dat ze graag kinderen wilde.

Ze, de aanstaande oma, had een intensieve baan. Ze was tussen haar collega’s de eerste die een kleinkind zou krijgen. Ze merkte dat ze er eigenlijk nog niet zo aan toe was. Zij, oma? Nog volop in het werk met vele perikelen door de fusie, waar haar Instelling middenin zat. Collega’s die verbaasd reageerden: jij, oma? En oma zijn is toch voor oudere dames? Dat alles ging door haar heen ondanks de blijdschap die er ook was.

Hoe wilde ze genoemd worden? Grootmoeder (zo afstandelijk), oma (zo oud klinkend), met voornaam (zo modern). Verwarring.

Verder in de zwangerschap werd de blijdschap intenser en na de geboorte was ze ‘verkocht’, zo’n baby’tje, zo klein, zo volmaakt. Als ‘jonge’ oma mocht ze wandelen met haar kleinkind in de draagzak. Dan plotseling zo’n flits van oud verlangen, een eigen baby’tje zo dicht op je huid. Een verlangen kwam even boven. Ook herinnerde ze zich haar eigen tijd, met haar dochter als baby, haar blijdschap maar ook het verantwoordelijkheidsgevoel dat toen toch erg zwaar op haar drukte. “Doe ik het wel goed, zal ik een goede moeder zijn, wat als…..”
Zorgen die de blijdschap toch een randje gaven.

Nu op echte oma leeftijd is ze al overgrootmoeder. Ook dat klinkt oud. Maar nu is het na even wennen, weer heel leuk. Een klein handje met vanzelfsprekend vertrouwen in haar hand. Hij kijkt met verbazing het huis rond en alles in zich opnemend constateert hij: “Oma wat heb jij veel kamers.”

Ze herinnert zich zijn moeder, die met dezelfde intense aandacht een fiets bekeek. Zittend op haar hurken. Ze kon geen genoeg krijgen van die ronddraaiende trappers. En verderop trapje af, trapje op, die lol, die vreugde van het ontdekken.

We zien elkaar eens in de maand, onze damesclub. Gezellig aan de lunch.

Wel en wee worden uitgewisseld. Er wordt stilgestaan bij politieke ontwikkelingen.

De laatste keer viel het gesprek even stil.

“Ik heb een nieuwtje.” zei een van de dames. “Ik word oma.” In haar gezicht brak een stralende lach door. Een glimlach zo van binnenuit met een blijdschap die haar innerlijk en uiterlijk licht leek te geven.

Onlangs stond een artikel in het AD. Uit een recente studie van professor Rilling (Atlanta, Amerika) bleek dat de band tussen oma’s en hun kleinkinderen via CT-scan zichtbaar was in de hersenen. Oma’s laten een sterkere emotionele reactie zien bij het zien van hun kleinkinderen dan bij hun eigen kinderen. Een andere studie (Oxford, Ann Buchanan) onder 1500 kinderen toonde aan dat het welzijn en de onderwijsprestaties verbeteren door aanwezigheid van betrokken grootouders.

We zagen bij onze tafelgenoot dat deze liefdevolle emotionele band blijkbaar al lang voor de geboorte begint.

En niets ten nadele van opa’s, maar oma’s…

Loes Jap-Tjong,
Appeltern