De hoofdprijs!
De hoofdprijs!

Op mijn verjaardag hadden we voor de gasten pannekoeken(!) besteld. Met al die allergieën in de familie was dat de veiligste en ook nog lekkere oplossing voor de maaltijd. Bij de kinderpannekoek zat een kleurplaat mét retourenvelop en postzegel erop. Daarmee kon je deelnemen aan een wedstrijd wie de mooiste kleurplaat instuurde. Elke maand werd de winnende kleurplaat gekozen.  Wat een service dacht ik nog. In het feestgedruis werd de kleurplaat al snel vergeten. Toen ik een week later weer mocht oppassen kwam natuurlijk het moment dat hij zich verveelde en jawel: opa had de kleurplaat meegenomen. “Opa, ik heb nog nooit een prijs gewonnen”, zei mijn kleinzoon van 5. Doe dan maar flink je best, zei ik. Zo gezegd, zo gedaan. De doos met kleurpotloden werd opgezocht en even later zat hij fanatiek te kleuren, binnen en buiten de lijnen.

Op een gegeven moment was het af, vond hij, maar er moest nog iets speciaals op; dat werd een glimmersteentje die precies paste op de knoop op de mouw van de koekenbakker. Of de achtergrond nog een kleurtje nodig had, vroeg ik, maar ik kreeg een resoluut: “nee”, te horen.

Klaar, en nu op de post. Hij wist waar de brievenbus was en nu nam hij de leiding. Het werd een leuke wandeling waarbij we en passant de binnenstad van Amersfoort meenamen inclusief twee speelgoedwinkels. Een vanwege de treintjes, die sinds mijn eerste speelgoedtrein extreem duur geworden waren. Gelukkig stonden ze achter glas, reden niet en mocht je er niet aankomen. In de volgende hadden ze echt speelgoed, voor alle leeftijden en niet alleen opa’s nostalgie. Tot mijn verbazing kon hij al goed inschatten wat “te duur” was voor een doordeweekse dag en wat het maximale was dat opa zonder protest zou betalen. Het werd een kleurboek met dino’s. De derde speelgoedwinkel was verdwenen; daar zat nu een snoepwinkel. Ga daar maar eens aan voorbij met een kind dat onlangs had gehoord dat er toverballen bestaan die telkens van kleur veranderen als je er op zuigt. Achteraf vertelde zijn moeder me dat ze die winkel altijd vermeed om een conflict te vermijden. Op weg naar huis met een klein zakje toverballen en nog wat snoepjes die mamma, pappa en opa wel lekker vonden, overlegden we hoe we het aan mamma moesten uitleggen. Hij had wel een goeie verstopplek waar niemand ze kon vinden. Ik opperde dat we toch niet tegen mamma mochten jokken. Nou, dan verstop ik ze eerst en vertel het daarna aan mamma. En warempel, zo ging het.

Een week later wilde hij weten of ik wist of hij een prijs had gewonnen. Prompt kwam er een paar dagen later een kaartje dat hij inderdaad de kleurwedstrijd van januari had gewonnen. Dat werd een spontaan rondedansje door de huiskamer.

Een simpel rekensommetje leert mij dat de hoofdprijs voor de koekenbakker is: vier betalende volwassenen tegen één gratis kinderpannekoek met een kleine surprise.

Ik zou elke kind laten winnen!

Evert Ruiter, Ubbergen
februari 2022